Brons: van timmerman tot motorenfabrikant

Vanuit zijn interesse voor technologie ontwikkelde Brons verbeteringen voor bestaande toepassingen, waarvan de aanpassing van de dieselmotor het meest in het oog springend is. De patenten van Rudolf Diesel, de uitvinder van de op dat moment geldende technologie voor motoren, wist hij te omzeilen. Hij bedacht de verstuiverbakmotor ook wel bekend als bakjesknapper. In 1907 vroeg hij patent aan en in datzelfde jaar richtte hij de Appingedammer Bronsmotorenfabriek op. Als directeur was Jan Brons vooruitstrevend op het gebied van maatschappelijk verantwoord ondernemen. Door het oprichten van het fonds 'Steunt Elkander' zorgde hij ver voor de introductie van de Ziektewet  voor financiële ondersteuning van zijn arbeiders bij ziekte.

Brons: van timmerman tot motorenfabrikant
Bronsmotor in vrachtschip Anthonetta, bouwjaar 1929 - foto: Carla Yvonne Noomen

We schrijven 1865 wanneer Jan Brons wordt geboren als zoon van de timmerman Tjako Brons.  Het lag voor de hand dat hij het voorbeeld van zijn vader zou volgen. Zo geschiedde. Jan doorliep de lagere school en trad daarna in dienst bij zijn vader als leerling timmerman. Dat Jan Brons bijzondere talenten bezat bleek al snel. Op zeventienjarige leeftijd maakte hij de bouwtekening voor de nieuwe kerk in Wagenborgen. Zijn loopbaan nam echter een geheel andere wending, in 1907 stichtte hij een motorenfabriek. Van timmerman tot motorenfabrikant: het verhaal van JanBrons en zijn Bronsmotorenfabriek in Appingedam.

In de zaak van zijn vader legde Jan Brons zich al snel toe op het produceren van dorsmachines en stoomlocomobielen. Hij had geen technische opleiding genoten, maar wellicht is dat juist een van de redenen voor zijn succes. Onbevangen ging hij op zoek naar een alternatief voor de dieselmotor, die door de luchtpomp en brandstofpomp lastig was te construeren. Met een frisse en creatieve blik experimenteerde hij ruim twee jaar. 

Petroleum

De bedoeling was dat de motor op petroleum zou lopen, maar dat lukte niet. De oorzaak bleek een verkeerde vertaling uit een Engels boek, waarbij het woord 'petrol' werd vertaald door 'petroleum'. Uiteindelijk slaagde hij erin een eenvoudiger motor te vervaardigen, die daadwerkelijk op petroleum liep. Na wat onsuccesvolle pogingen om zich te storten op het produceren van automobielen, verfijnde Brons zijn motor verder. Hij vroeg patent aan op zijn nieuwe systeem en daarmee was de eerste Bronsmotor een feit. In 1907 werd de motor in productie genomen in de Appingedammer Bronsmotorenfabriek. Vooral de scheepvaart nam in deze periode veel motoren af. Daarnaast werden de motoren gebruikt in molens, gemalen en fabrieken.

Wereldoorlogen

De fabriek maakte een vliegende start. Binnen enkele jaren breidde de fabriek al uit. De Eerste Wereldoorlog  gooide echter roet in het eten. Een groot deel van het personeel moest de dienstplicht vervullen en de opdrachten liepen terug. Tijdens het interbellum innoveerde Jan Brons zijn motor. Hij introduceerde de tweetakt cilindermotoren, en ook hier kreeg hij patent op. Ook reed in 1935 de eerste bronstractor de fabriek uit. Met het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog liepen de opdrachten opnieuw terug. De Duitse bezetters vorderden materialen uit de fabriek, maar plaatsten ook enkele bestellingen voor motoren. Om te voorkomen dat zijn personeel in Duitsland tewerkgesteld zou worden kwam Jan Brons kwam niet openlijk in verzet.Volledige medewerking bood hij echter niet. Zo liepen de Duitse orders in deze periode ‘toevalligerwijs’ geregeld vertraging op. Of er zonk een schip dat aan de kade gereed lag om de Bronsmotoren aan de Duitsers te leveren.

Bloei en stagnatie

In de jaren na de Tweede Wereldoorlog klom de Bronsmotorenfabriek weer uit het dal door de ontwikkeling van nieuwe typen motoren. Jan Brons raakte inmiddels behoorlijk op leeftijd. Het vijftigjarig bestaan van zijn bedrijf heeft hij niet mee mogen maken. Na een kort ziekbed overleed Jan Brons in 1954 op 89-jarige leeftijd. Hij liet een bloeiend bedrijf achter. De fabriek telde inmiddels 440 werknemers. Innovatie en maatschappelijke betrokkenheid kenmerkten het bedrijf. In samenwerking met het Dijkzicht Ziekenhuis in Rotterdam ontwikkelde de Bronsmotorenfabriek een schudbed om patiënten met hartritmestoornissen te kunnen reanimeren. Ondanks deze innovatieve koers raakte de fabriek in de jaren ’80 in zwaar weer. De introductie van de gasmotor leverde niet het beoogde effect op en buitenlandse concurrentie was moordend. Op 1 juni 1989 werd de Appingedammer Bronsmotorenfabriek overgenomen door Amerikaanse gasmotorenfabrikant Waukesha.

Vooruitstrevend

Dat Jan Brons een innovatief man was moge blijken uit zijn succesvolle loopbaan. Ook in zijn relaties met werknemers toonde hij zich een vooruitstrevend werkgever. Al voor het afkondigen van de Algemene Ziektewet in 1930 sloot Jan Brons een ziekteverzekering af. Op die manier garandeerde hij zijn werknemers de broodnodige financiën in perioden van ziekte. Met zijn kinderen had hij ook het beste voor. Zijn zoon zou in de voetsporen van Jan Brons treden, maar niet voordat hij een studiereis had gemaakt door Amerika en Scandinavië. Daar deed hij de nieuwste inzichten op technisch gebied op. 

'Hun grootste schrik'

Jan Brons stimuleerde niet alleen de professionele ontwikkeling van zijn zoon. Zijn dochter Aagje zond hij op achttienjarige leeftijd naar de universiteit van Delft, waar ze vijf jaar later afstudeerde als scheikundig ingenieur. Ze trad als bedrijfsleider in dienst bij haar vader en onderzocht oliën en brandstoffen. Oliemaatschappijen deden vanwege haar grote kennis van de materie niet graag zaken met haar. Volgens een vertegenwoordiger was Aagje Brons ‘hun grootste schrik’ .

De Bronsmotorenfabriek in Appingedam is niet meer in bedrijf. De productie en levering van onderdelen stopte in 2004. Het pand kwam in handen van Control Seal. Jan Brons wist met doorzettingsvermogen, experimenteren en grote betrokkenheid een uniek bedrijf wist neer te zetten. Met de komst van Brons was Appingedam een industrie rijker. In de bijna 100 jaar van het bestaan van de fabriek werden meer dan vierduizend Bronsmotoren gefabriceerd en wereldwijd verkocht.

Nog steeds is er een grote groep liefhebbers van de motoren van Brons die de herinnering aan de Appingedammer Bronsmotorenfabriek levend houdt.