195 tot 1940
De jeugdherinneringen van Jan Wolthuis
Jan Wolthuis (1937) woonde gedurende de oorlog in Ganzedijk. Hij heeft zijn eigen kinderherinneringen en die van zijn ouders opgeschreven en voorzien van tekeningen. Twee korte passages:
'Hoera! We gaan op schoolreis! Naar de dierentuin in Emmen. Op een boerenwagen, waarop rijen stropakken zijn geplaatst, gaan we naar Winschoten. Daar stappen we over op de trein. Helaas gaat onze weg niet over rozen. Onderweg stopt de trein en alle reizigers moeten uitstappen. […] Als er na een half uur nog geen vliegtuig is op komen dagen, wordt de trein weer onder stoom gebracht en mogen we weer instappen. Op naar de dierentuin. We hebben een fijne dag. Maar als we thuis komen, horen we dat er twee vaders die op het land werkten, door Engelse vliegtuigen zijn doodgeschoten. Omdat we zo dicht bij de Duitse grens wonen, zijn ze misschien voor Duitsers aangezien. Zo maken de Engelse piloten wel vaker vergissingen, maar vrouw Schuur en vrouw Alles moeten hun kinderen verder wel alléén grootbrengen. En dat is een zware opgave, vooral in oorlogstijd. Geld hebben deze arbeidersgezinnen al helemaal niet.'
[...]
'De Duitsers hebben een brug opgeblazen. Er is een enorm gat in de weg geslagen dat vol water is gelopen. Je kunt er prachtig zwemmen. Mijn zusje duikt naar de bodem. Ze voelt iets en komt ermee naar boven. Het blijkt een Duits been te zijn met de laars er nog aan.'