Groninger Boegbeeld 27: Samuel van Houten

Politicus

Van Houten (1837-1930) geniet bekendheid vanwege het ‘Kinderwetje’ (1874), de eerste Nederlandse sociale wet die bepaalde vormen van kinderarbeid verbiedt. Hij baant de weg voor staatsbemoeienis bij arbeidsverhoudingen en sociale zekerheid en wordt gezien als wegbereider van onze verzorgingsstaat.

Deze zoon van een Groningse doopsgezinde houthandelaar en -molenaar is al jong een markant politicus, fameus vanwege zijn spectaculaire optredens. Zelf is hij niet christelijk, maar een uiterst kritisch liberaal.

‘Sam’ wordt op 27-jarige leeftijd raadslid in Groningen, vervolgens wethouder en in 1869 lid van de Tweede Kamer, als liberaal afgevaardigde van het district Groningen. In 1894 wordt hij minister van Binnenlandse Zaken. Twee jaar later brengt hij een nieuwe kieswet tot stand, waarbij de helft van de mannelijke volwassenen kiesrecht krijgt: een belangrijke stap naar het algemeen kiesrecht.