Het beruchte Scholtenhuis

Het Scholtenhuis: een statig pand gebouwd aan het einde van de negentiende eeuw in opdracht van de Groningse zakenman Willem Albert Scholten. Een bouwwerk dat bepalend was voor het gezicht van de Grote Markt in Groningen. Zelden is de mooie uitstraling van een gebouw zoveel geweld aangedaan als dit pand.

Het beruchte Scholtenhuis
Het Scholtenhuis in 1942, hoofdkwartier van de Sicherheitsdienst. - Foto: www.beeldbankgroningen.nl (1785-15502)

Toen de bezetting van Nederland door de Duitsers in mei 1940 een feit was, moest aan de juridische en bestuurlijke macht een logistieke vorm worden gegeven. Ondanks het feit dat Nederland maar een klein onderdeeltje van het "Duizendjarige Rijk" was, woonden er veel mensen. Er was controle nodig, toezicht en in geval van opstanden en verweer moest er snel en accuraat opgetreden kunnen worden. Hiervoor werd de Sicherheitsdienst (SD) ingezet. Als domicilie koos de SD het Scholtenhuis aan de Grote Markt. Het pand straalde de grandeur uit waar de nazi's van hielden, het lag centraal en het was groot genoeg om te kunnen fungeren als hoofdkantoor voor de Aussenstelle in het Noorden.

In de eerste jaren van de bezetting bestond het korps in het Scholtenhuis uit een vaste bezetting, een man of dertig. Hun taak bestond onder andere uit het opsporen van verzetshaarden, het toezien op de uitvoering van de anti-Joodse maatregelen - die in de loop der tijd steeds grimmiger werden - en het opbrengen en verhoren van arrestanten. Dit laatste gebeurde aanvankelijk alleen in het Scholtenhuis. Meestal werden arrestanten rechtstreeks daar naartoe gebracht voor een eerste verhoor - als de arrestatie en de gepleegde feiten nog 'vers' waren.

Martelingen

Mede door deze verhoren en de gebruikte methoden is het Scholtenhuis aan zijn epitheton "berucht" gekomen. Gevangenen werden geslagen en geschopt, met gummiknuppels in de buik gestompt, bewusteloos geslagen en weer bijgebracht, om dan opnieuw buiten bewustzijn te worden geslagen. Ook de gruwelijke 'badkuip-methode werd hier toegepast: de gevangene werd ondergedompeld in een bad met koud water, totdat hij dreigde te stikken. Dan werd hij aan zijn haren omhoog getrokken en als hij de gewenste informatie niet prijsgaf, ging hij opnieuw kopje onder. Lehnhoff schijnt eens te hebben opgemerkt dat het maar goed was dat de vloerbedekking in het Scholtenhuis toch al rood van kleur was, zodat de bloedvlekken dan niet zo opvielen. Ook vrouwelijke arrestanten werden niet gespaard: zij werden net zo goed geslagen en geschopt, in kleine kasten dubbelgevouwen opgesloten en - zoals in zoveel oorlogen - misbruikt en verkracht. Na het verhoor werden de arrestanten naar de zolder van het Scholtenhuis gebracht.

Versterking

Na Dolle Dinsdag vluchtten veel foute politierechercheurs van de korpsen Amsterdam en Haarlem richting Duitsland, uit angst voor een ‘bijltjesdag’. Ter hoogte van Groningen bleek dat het allemaal zo’n vaart niet zou lopen en een groot deel van hen heeft zich toen gemeld bij de Groningse SD. Hun Groningse collega's waren maar wat blij met deze versterking. Ten eerste waren er veel ervaren politiemensen onder hen met jarenlange ervaring en een sterke nazistische overtuiging. Ten tweede waren al deze mannen onbekend bij het verzet in het Noorden. Ze konden zich dus anoniem onder de mensen begeven en spioneren. Dit heeft ertoe geleid dat in de winter van ’44-’45 veel verzetsgroepen compleet werden opgerold. Hiermee viel de basis onder het Gronings verzet totaal weg. De hardste fase van de oorlog was ingegaan.

Het Zuiden van Nederland was al vrij, maar in het Noorden brak een winter aan van angst en terreur. Mensen werden nu ook in het Huis van Bewaring verhoord. Lehnhoff en zijn medewerkers trokken er regelmatig op uit om mensen aan te wijzen in het register en deze werden vervolgens 'tegen de muur gezet', wat zoveel betekende als een hardhandig verhoor met veel schoppen en slaan. Op het Scholtenhuis zelf heerste met het naderen van de geallieerde troepen een wat fatalistische stemming, die soms tot uiting kwam met zuip- en schranspartijen waar ook vrouwen op meerdere manieren bij betrokken waren. Ondertussen kwamen er dagelijks familieleden van arrestanten op bezoek om te smeken voor de vrijlating van hun dierbaren of met pakketjes kleding en voedsel.

Vlucht

Kort voordat de Canadezen op 13 april 1945 Groningen bereikten, vluchtte een groot aantal SD'ers van het Scholtenhuis naar Schiermonnikoog. Daar hielden ze het nog uit tot en met 31 mei, toen ze werden gearresteerd. Velen kregen de doodstraf of lange gevangenisstraffen. Het Scholtenhuis stond toen al niet meer overeind; het ging bij de bevrijding in vlammen op. Was het aan verwoesting ontkomen, dan is de kans groot dat men had besloten het pand alsnog af te breken. Zo sterk was de associatie met de bezetting en met de gruwelen die daar hadden plaatsgevonden.

Het verwoeste Scholtenhuis na de bevrijding, door de Duitsers zelf in brand gestoken. - Foto: Noord-Nederlands Persfotobureau Folkers, www.beeldbankgroningen.nl (1785-10684)
Het verwoeste Scholtenhuis na de bevrijding, door de Duitsers zelf in brand gestoken. - Foto: Noord-Nederlands Persfotobureau Folkers, www.beeldbankgroningen.nl (1785-10684)