Pioniersgeest
Hoe de gehuchtjes rond Pekela aan hun namen kwamen
Iedereen die in Pekela woont of regelmatig door het landschap van de gemeente fietst, heeft wel eens gehoord van de buurtschappen Numero Dertien, Kibbelgaarn, Wilde Plaats, Kruiselwerk en vele andere. Hoe deze streekjes aan hun naam zijn gekomen, is bij velen niet bekend. Sommige duidingen zijn niet echt te achterhalen, andere hebben te maken met specifieke voorvallen, geologie, werkzaamheden of families. Fantasie hoort in dit rijtje ook thuis. Historici hebben in de loop der jaren veel tijd en energie gestoken in onderzoek naar de namen, ook in de Veenkoloniën.

Kaart van de venen rond Pekela, ca. 1722 (uitsnede). – Collectie RHC Groninger Archieven
Dattien
Wie vanuit Boven Pekela de fietsroute van de zeven bruggetjes wel eens heeft gereden, is door een aantal van deze buurtschappen gekomen. Via de Noorderkolonie of Numero Dertien (in het Gronings Dattien) naar Hoetmansmeer, vlak voor Wildervanksterdallen linksaf om tenslotte uit te komen in Bareveld. Numero Dertien, dat in vroegere dagen meer woningen en boerenplaatsen kende en dus meer inwoners telde, ontwikkelde zich aan de dertiende zijwijk ten zuiden van de Ommelanderwijk. De noordelijke wijken van deze hoofdwijk, gebruikt voor de afvoer van turf, kregen een even nummer. Dattien had vroeger een school. Het gebouw is momenteel in particuliere handen en lijkt in het geheel niet meer op een instelling van het onderwijs.
Hoetmansmeer
De streek Hoetmansmeer, gelegen tussen Noorderkolonie en Wildervanksterdallen, is zeer oud. Archeologen hebben ontdekt dat er duizenden jaren geleden al jagers woonden. Hoetmansmeer is een vroegere meerstal of veenmeer. Het maakte deel uit van het uitgestrekte Boertangermoeras en was een bron van de Pekel A. Na de afgraving vestigden zich ook hier boeren. Rond achttienhonderd stonden er flink wat woningen. De naam Hoetman is niet echt te achterhalen. Volgens een amateurhistoricus gaat het waarschijnlijk om de achternaam van een van de eerste boeren; Hutermann. Deze naam is later vernederlandst.

Hoetmansmeer op de Kaart van de venen rond Pekela, ca. 1722. – Collectie RHC Groninger Archieven
Kibbelgaarn
De naam Kibbelgaarn is een verhaal apart. De duiding verwijst naar een vroegere ruzie (gekibbel) tussen twee boeren over een gerend (spits toelopend) stuk land, ook wel gaarne genoemd. Ook dit gehucht is ontstaan als veenkolonie. Kibbelgaarn, ten zuiden van Zuidwending, was tevens een waterschap, opgericht in 1861 en in 1961 gefuseerd met het waterschap Ceres. Het buurtschap bestaat nu nog uit ongeveer 20 woningen. De School met de Bijbel is al lang dicht en de kerk die er ooit stond is verdwenen, evenals de plaatselijke middenstand.
Wilde Plaats
Van het buurtschap Wilde Plaats, ten oosten van Boven Pekela, is niet exact vast te stellen hoe deze woongemeenschap aan zijn naam is gekomen. Er doen enkele anekdotes de ronde; enkele ontaarde (wilde) families zouden er rond 1700 op een stuk land van een boer enkele plaggenhutten hebben gebouwd. Toen die na enkele dagen klaar waren en er vuur kon worden gestookt, mocht de landbouwer de bewoners niet meer van hun nieuwe woonplaats (ploatse) verwijderen. Een ander verhaal is dat van een paar Nederlandse deserteurs uit het Franse leger die zich er destijds vestigden.

Zuidwending (Shütwendinge) op de Kaart van de venen rond Pekela, ca. 1722. – Collectie RHC Groninger Archieven
Zuidwending
In de provincie Groningen zijn meerdere buurtschappen die Zuidwending heten. De naam komt van sidewende en betekent naar één zijde (side) afwendend. De term zuidwending heeft te maken met water en staat in de regel voor waterkering of dijk. Meestal gaat het om kanalen of dijken die het einde of een zijdelingse begrenzing van een opstrekkende verkaveling vormen. Daarom lopen zuidwendingen vrijwel altijd langs een (gemeente)grens die vaak haaks staat op een andere grens. Behalve in de gemeente Veendam zijn er ook streken met de naam Zuidwending tussen Zuidhorn en Groningen, Noorddijk en Bedum, Ten Boer en Beijum en tussen Warffum en Middelstum.
Noorderkolonie
Noorderkolonie – een kolonie is een gebied dat in cultuur moet worden gebracht - vormde vroeger samen met Zuiderkolonie het huidige dorp Boven Pekela, genoemd naar de bovenloop van het Pekelder Diep. Beide buurtschappen ontstonden na de periode van de vervening, toen de eerste landbouwers zich er vestigden. Noorderkolonie ontwikkelde zich langs een diep dat evenwijdig werd gegraven aan het Pekelder Diep. Het parallelle kanaal werd later gedempt. Noorderkolonie kenmerkt zich door een aantal nieuwe woningen en het Rutger Oldeboomsportpark van de voetbalclub Pekelder Boys.
Wildervanksterdallen of Dale
Wildervanksterdallen, door de bewoners ook wel Dale genoemd, was vroeger eveneens een veengebied. Toen dit was afgegraven werd de zanderige ondergrond vermengd met de eerder afgeplagde bovenlaag, ook wel bonkveen genoemd. Ook werd soms drek en straatvuil afkomstig uit de stad Groningen toegevoegd. Vanwege een betere vruchtbaarheid. Omdat de bovenste laag min of meer in een dal terecht kwam, ontstond de term dalgrond. In Wildervanksterdallen vond dit proces na de vervening plaats. Bareveld (Boareveld) betekent ruig onland. Het dorp maakt deel uit van zowel de provincie Drenthe als ook Groningen en ligt pal op de Semslinie. Rond 1820 lag bij het dorpje een dam. Deze mocht beslist niet worden doorgestoken. Gebeurde dit wel dan konden de Drenten hun turf afvoeren via Veendam. Hier liep een kanaal dat niet in het bezit was van de stad Groningen, waardoor deze passagegeld misliep.
Zuiderveen
Zuiderveen is een buurtschap ten zuiden van Winschoten. Aan de noordzijde ligt Oude Pekela. Er werd turf gewonnen aan de zuidzijde van de ook toen al bekende koopstad. Het gebied is een middeleeuwse veenontginning, want in de bodem zijn bakstenen uit de dertiende eeuw gevonden. In de vijftiende eeuw werd er de militaire vesting Pekelborg gebouwd. Centraal op Zuiderveen, in de volksmond Zuudveen, staat nog een voormalig horecapand dat, toen het nog klandizie had, bekend stond onder de naam Haantje Pik.
Bronsveen
Bronsveen is een buurtschap ten oosten van Oude Pekela en grenst aan de gemeente Bellingwedde. Het is een streek met vrij veel bewoning. De naam Bronsveen is waarschijnlijk afgeleid van de familienaam Brons. De inwoners van het gehucht hebben in het Gronings de bijnaam Brommelboeren. Het vroegere buurthuis heette dan ook Brommelhörn. Brommel is Gronings voor braam.
Kruiselwerk
Ten slotte Kruiselwerk. Gelegen tussen Nieuwe Pekela en Alteveer en grenzend aan een grote zandafgraving. Nog slechts twee kleine boerderijtjes zijn bewoond. Vroeger stonden er langs een dwars gegraven wijk diverse arbeidershuisjes. Ook hier zijn voor de duiding twee verklaringen. Plaatselijke handwerkslieden gebruikten tijdens hun werkzaamheden in het donker een speciale lamp, een kruisel. Een tweede vermoeden is dat de naam uit Oost-Friesland komt en te maken heeft met een bepaald type boerderij, namelijk een bouwstijl waarbij het woonhuis dwars voor de schuur werd geplaatst, zodat een soort kruis werd gevormd.