Pioniersgeest

1945

Met de bus door de novemberstorm van 1972

In 2014 organiseerde De Verhalen van Groningen in samenwerking met het Nationaal Bus Museum en verschillende andere partners rondritten in historische bussen langs diverse musea en instellingen. Deze busritten vonden plaats in het kader van het jaar van het Mobiel Erfgoed. Verschillende passagiers deelden hun eigen herinneringen aan busritten die ze ooit maakten. Klaas de Vries reed eens in de DAM-bus door een razende storm alsof het niets was.

Met de bus door de novemberstorm van 1972

Stormschade aan een sigarenmagazijn aan de Paterswoldseweg, november 1972. - Foto: Persfotobureau D. van der Veen, www.beeldbankgroningen.nl (1785-9386)

In november 1972 waaide er een zware storm over het Groninger land. Mijn verloofde en ik stonden om zeven uur die maandagmorgen in april in Assen aan de Groninger Straatweg te wachten op de bus die ons naar Groningen zou brengen. Aan de overkant van de weg vlogen enorme hoeveelheden dakpannen, van huizen die in aanbouw waren, naar beneden en toen we in 'Stad' aankwamen was het nog veel erger.

Bij het hoofdstation namen we afscheid, waarna zij op de fiets stapte om naar de RUG te gaan, waar ze werkte. Ze vertelde later dat de fietsen over de weg vlogen en dat de mensen zich vastklampten aan brugleuningen en lantaarnpalen.

Ik moest verder en nam vast plaats in de klaarstaande DAM-bus. Die bus stond daar dicht bij het koffiehuis en alsof het niks was, vlogen kort na elkaar beide grote ramen uit het restaurant. Even later moest ook de daklijst er ook aan geloven.

Er kwamen nog een paar passagiers naar binnen en toen ging het gesprek al gauw van: “t Gaait flink tekeer hè.” En daarmee was genoeg gezegd, terwijl het inmiddels stormde met windkracht 14, zoals later bleek. De buschauffeur kwam eraan en het enige wat hij zei was: “Wie goan vot.”

Hij startte en we gingen weg, richting Damsterdiep. Ook tijdens die korte rit vloog er van alles door de lucht, maar stoïcijns vervolgde de chauffeur zijn weg en parkeerde vlak voor het wachtlokaal aan het Damsterdiep. Daar waren de ruiten ingewaaid en het dak beschadigd. Maar goed, we moesten toch naar Appingedam toe. Alsof er niks aan de hand was, gingen we op pad.

Plicht was plicht

Onderweg liepen de mensen met de fiets aan de hand tegen de enorme wind in en deden hun best zicht staande te houden. Bij Ten Boer lag een brommer in de berm en de berijder erbij. Overal lag rotzooi en de bus schudde en trilde. De chauffeur had het er zichtbaar moeilijk mee. Maar plicht was plicht, dus gewoon doorgaan... toch?

Een paar kilometer verder vloog plotseling een van de noodluiken er een hoop lawaai uit. De chauffeur keek over zijn schouder en zag wat er was gebeurd. “Dij is d'r oet,” zei hij en zonder gas te minderen, reed hij verder naar Appingedam.

In Appingedam ben ik op het Bolwerk uitgestapt. Ik liep helemaal alleen door de Cornelis Albertsstraat en de Solwerderstraat. De takken, pannen en stenen vlogen in de rondte. Ik verbaas me er nog steeds over dat het eigenlijk niet tot mij en verder maar tot weinig mensen doordrong, hoe erg het was en hoe gevaarlijk. Je ondergaat het als een soort verdoving en je beseft pas later wat er is gebeurd.

Stormschade aan een sigarenmagazijn aan de Paterswoldseweg, november 1972. - Foto: Persfotobureau D. van der Veen, www.beeldbankgroningen.nl (1785-9386)
Stormschade aan een sigarenmagazijn aan de Paterswoldseweg, november 1972. - Foto: Persfotobureau D. van der Veen, www.beeldbankgroningen.nl (1785-9386)