Pioniersgeest

1910

Mijn 'Overgrootje'

Op 21 februari 1902 werd mijn vader Johannes Boon in Uithuizen geboren, 5 juni 1997 is hij er overleden. In zijn laatste levensjaren sprak hij veel over het verleden.

“Ik zit hier lekker warm en heb mijn natje en droogje. Vroeger hadden bejaarden het veel slechter, nu hebben ze gelukkig hun AOW. Vandaar dat ik nog vaak aan mijn Overgrootje denk," vertelde mijn vader.

Achttien kinderen

"Overgrootmoeder haar eigen naam was Jantje Baar. Ze werd in 1835 in Uithuizermeeden geboren. Ze huwde Johannes Boon. Hij was in 1832 in Uithuizen geboren. Overgrootvader was dagloner bij de boer, maar daarnaast bezat hij ook een hondenkar. Daarop laadde hij zijn handel, zoals haring, mosterd, azijn, koffie, thee, koek en kruiden. Door weer en wind liep hij met z’n handel de huizen in Uithuizen en omstreken af. Het was moeilijk om iets te verkopen, want hij was niet de enige handelsman in het dorp. Jantje en Johannes kregen achttien kinderen en Jantje had drie miskramen. Wanneer de avonden lang en koud waren, was er immers geen betere plek dan de knusse bedstee; de lamp en de kachel konden dan uit. Ze verloren twaalf baby’s en vier kinderen in de leeftijd van 14, 22, 33 en 51 jaar. Het was ploeteren voor het dagelijks bestaan. Veel kinderen stierven in die tijd aan ‘lepelziekte’ (lepelziekte = honger lijden).

'Onecht kind'

Een zoon en een dochter bleven in leven. Hun dochter Gratje werd in 1857 geboren. Gratje ging al jong als dagloonster bij een boer aan het werk voor kost en inwoning. Na een paar maanden bleek dat Gratje zwanger was van een van de knechten. Van wie ze zwanger was, kon ze niet zeggen. Toen ze twintig jaar was, baarde Gratje een zoon, Johannes. Zijn roepnaam was Jans. De ‘stamnaam’ kreeg hij van Gratje. In het dorp werd gefluisterd dat Gratje een ‘onecht kind’ had gekregen. Het was in die tijd een grote schande als niet bekend was wie de vader van het kind was en de moeder ongetrouwd bleef.

Jans Boon, rechts bij het kruisje. Hij was het onwettige kind van Gratje. Van hem zijn  geen jongere foto's. Hij heeft het gebracht tot machinist op de dorsmachine. - Foto: familie Boon
Jans Boon, rechts bij het kruisje. Hij was het onwettige kind van Gratje. Van hem zijn geen jongere foto's. Hij heeft het gebracht tot machinist op de dorsmachine. - Foto: familie Boon

Direct na de geboorte moest Gratje weer aan het werk op de boerderij. Haar ouders zorgden voor de kleine Jans. Toen Jans zeven jaar was, hielp hij Overgrootvader al met de hondenkar. Hij laadde er producten op en bracht de verkochte waren bij de klanten in huis. Jans merkte dan wel dat er over hem gepraat werd. Zo ging het ook met ‘vrouw Trijntje-anderhalve-cent’. Vrouw Trijntje had deze bijnaam omdat ze nooit geld had. Wanneer Overgrootvader er bij haar op aandrong dat ze moest betalen, dan zei vrouw Trijntje in het venijn tegen Jans: “Je bent een onechte.”

Huwelijk

Doordat Jans op school uitgescholden werd voor “onechte”, spijbelde hij van school. Toentertijd was er nog geen leerplicht, dus hij kreeg daardoor geen problemen. Toen Jans negen was, ging hij voor kost en inwoning bij een boer werken. De jaren verstreken en Jans werd volwassen. Toen Knelske Stok dienstmeisje werd op de boerderij, viel ze goed in de smaak bij Jans. In 1901 moesten ze trouwen en betrokken ze een kleine woning op de wierde. Kort daarna overleed overgrootvader. Doordat ik op 21 februari 1902 geboren werd en de naam van mijn overgrootvader kreeg, verzachtte dat het leed voor overgrootmoeder.

Armenhuis

Door de dood van overgrootvader zat Overgrootje zonder inkomen en ze werd daarom opgenomen in het katholiek armenhuis te Uithuizen. Het armenhuis bestond uit negen kamers onder één dak. Voor ieder gezin was er één kamer. Daarin werd gewassen, gekookt en geslapen. Achter het armenhuis was er voor de bewoners een gezamenlijke waterput en één poepdoos. Rondom het armenhuis was geen bestrating, zodat het er bij regenachtig weer een modderpoel was. De bewoners leefden er onder erbarmelijke omstandigheden. Gelukkig verdiende overgrootmoeder nog een beetje bij door koffie, en dergelijke te verhandelen aan vaste klanten van haar man. Het armenhuis stond vlakbij ons huis en daarom kwam overgrootmoeder vaak bij ons langs. Overgrootje kon gezellig babbelen en had vaak wel een nieuwtje. Ik denk nog wel eens terug aan die gezellige middagen met Overgrootje."

Jan Boon, 'Ventje Jan', in 1996 op 94-jarige leeftijd. - Foto: familie Boon
Jan Boon, 'Ventje Jan', in 1996 op 94-jarige leeftijd. - Foto: familie Boon