Pioniersgeest

1829 tot 2020

De oudste kerk van Stadskanaal

Hij staat te pronken aan het Stadskanaal, getuigend van de geschiedenis van de veenkolonie, maar de Semsstraatkerk is meer dan een stuk geschiedenis.

De oudste kerk van Stadskanaal

De Semsstraatkerk rond 1900, met bruggetje en toegangshek. – Ansicht: collectie Groninger Archieven

Terwijl gravers van het kanaal zich in de 18e eeuw met een paar honderd meter per jaar naar Ter Apel verplaatsen, vestigen zich aan het eerste stuk van het Stadskanaal al nieuwe bewoners. Veenarbeiders bouwen hun hutten; winkeliers en ambachtslieden strijken neer bij de verlaten en op de dalgronden waar het veen inmiddels afgegraven is, bouwen agrariërs hun boerderijen. In 1787 worden de eerste stenen huizen gebouwd.
Hervormde inwoners die ter kerke willen gaan, moeten er een lange tocht langs veelal slecht begaanbare wegen voor over hebben, naar de kerken van Onstwedde of Wildervank.
In 1821 stelt de Stad Groningen een stuk grond beschikbaar voor de bouw van een stenen kerk. De grond gaat vergezeld van een schenking van 4000 gulden. In 1829 geeft Koning Willem I toestemming om de Hervormde Gemeente Stadskanaal te stichten en benoemt hij kerkvoogden en notabelen.

De kerkvoogden gaan op zoek naar een bouwer voor ‘kerk en pastorij’ en komen uit bij de ‘minsteischende’: Jans Reinders uit Hoogezand. Hij zal kerk en pastorie bouwen voor respectievelijk 7400 en 5200 gulden.
Er verrijst een vierkante zaalkerk en Jan Andries Knoppien, eerste én oudste bewoner van de veenkolonie, mag daarvoor de eerste steen leggen. Op 31 oktober 1830 worden kerk en pastorie ingewijd door A. Oomkens, predikant te Onstwedde.
De ingang van de kerk bevindt zich aan de noordwestzijde en heeft een aparte doorgang voor mannen en vrouwen.

Schoolhoofd als grafdelver

De naastgelegen begraafplaats hoort niet bij de kerk en lag er al voor de bouw, maar er zijn in de loop der eeuwen veel hervormden begraven waarvan de graven op verzoek door de kerk zijn onderhouden. Al in 1816 wijst de toenmalige rentmeester der stadsvenen W.J. Wichers, het bestuur van de stad Groningen op het feit dat bewoners langs het kanaal voor het begraven van hun dierbaren aangewezen zijn op begraafplaatsen die wel op anderhalf uur gaans liggen. Op zijn advies koopt de Stad een stuk van een al verpachte veenplaats van Klaas Jans Beenes voor 100 gulden, waarbij de verkoper gelijk 20 graven reserveert. Plan is om bij de begraafplaats een stellage te bouwen met een overbodige klok van Klooster Ter Apel om de doden te beluiden. Maar het kan makkelijker. Men hangt de klok op het dak van de in aanbouw zijnde Oosterschool, aan de andere kant naast de begraafplaats. Het schoolhoofd wordt belast met het delven van graven en onderhoud van het geheel.
Later krijgt de luidklok een waardiger plek. In 1850 krijgt de Semsstraatkerk namelijk zijn toren en een ingang aan de kanaalzijde. Vanaf dat moment luidt er een klok vanaf de toren. In 1866 schenkt de Stad Groningen een uurwerk; het jaartal is vanaf het kanaal zichtbaar.

<p>De Semsstraatkerk rond 1900, met bruggetje en toegangshek. &ndash; Foto: collectie Groninger Archieven</p>

De Semsstraatkerk rond 1900, met bruggetje en toegangshek. – Foto: collectie Groninger Archieven

De monumentale rode beuk voor de kerk zal rond die tijd geplant zijn en ziet veel veranderen aan zijn voeten. De pastorietuin strekt zich eerst tot voor de kerkdeuren uit. Er zijn oude foto’s met daarop een bruggetje met sierlijk toegangshek over een toen nog aanwezige greppel. Aangeharkte grindpaden en geschoren hagen. Er moet ook nog een koetshuis in de schaduw van de beuk hebben gestaan, bergplaats voor de lijkkoets.
In 1920 wordt de oude pastorie vervangen door nieuwbouw, krijgt de kerkgemeente een verenigingsgebouw achter de kerk mét toneel en zingen kerkgangers voortaan onder begeleiding van een orgel dat wordt geplaatst op een balkon boven de kansel. Maar bij deze verbouwing komt de Stad Groningen wel terug op eerder gemaakte afspraken. De grond is ter beschikking gesteld onder voorwaarde dat: ‘hij nimmer tot eenig ander einde zal mogen worden gebruikt, zoodanig, dat, bij aldien dezelfde voor Kerk en Pastorij niet langer wierd geëmployeerd, dezelfde aan de Stad wederom in eigendom zal vervallen.’ Met de bouw van de nieuwe pastorie kon worden volstaan met minder grond en dus nam de Stad een stukje terug.

Middenin de wijk

De twee gebrandschilderde ramen aan weerszijde van de ingang zijn een herinnering aan het honderdjarig bestaan van het gebouw in 1930. In 1932 blijkt de toren instabiel en moet worden hersteld. Ook in later jaren vinden restauraties plaats en rekent men af met houtworm en asbest. Kerkmeubilair, orgel en luidklok worden meermalen vernieuwd. Maar de grootste interieurmetamorfose vindt plaats in 2015/2016. Met behoud van authentieke elementen vormt Stichting Vrienden Semsstraatkerk de oudste kerk van Stadskanaal om tot een multifunctioneel gebouw; geschikt voor muziekuitvoeringen, feesten, bijeenkomsten en als trouwlocatie. Niet alleen op zondag open, maar de kerk letterlijk en figuurlijk midden in de wijk.
De oudste kerk van Stadskanaal is met zijn tijd meegegaan.

<p>Het geheel vernieuwde interieur van de multifunctionele Semsstraatkerk. &ndash; Foto: Stichting Vrienden van de Semsstraatkerk</p>

Het geheel vernieuwde interieur van de multifunctionele Semsstraatkerk. – Foto: Stichting Vrienden van de Semsstraatkerk

Met dank aan Jan Nijwening. De Semsstraatkerk bezit een prachtig archief met notulenboeken, doopboeken, offertes en informatie over de begraafplaats. Men zoekt vrijwilligers voor digitalisering.
www.stichtingvriendensemsstraatkerk.nl