Pioniersgeest

1885 tot 1955

Geert Buurke: van timmerman tot hotelkoning

Van timmerman tot hotelier. Geert Buurke, zoon van een aannemer in Noordbroek, maakt zijn droom waar. Hij begint als uitbater van een stationskoffiehuis in Nieuw Scheemda/'t Waar en eindigt als dé hotelkoning van 't Gooi.

Geert Buurke: van timmerman tot hotelkoning

Grand Hotel Gooiland in Hilversum. – Foto: Peter Veenendaal

In De Telegraaf van 25 november 1953 staat een onopvallend bericht: Buurke in de bloemen. 'Een aparte verschijning in het hotelwezen wordt binnenkort (tegen zijn zin) in de bloemetjes gezet. Het is de nu 68-jarige heer GEERT BUURKE, een selfmade man met een bijna Amerikaanse carrière.'

In het kort doet de krant uit de doeken hoe een ras-Groninger in de eerste helft van de twintigste eeuw dé hotelier van 't Gooi wordt. Als jongste zoon van vijf kinderen treedt hij eerst in de voetsporen van vader Joh. Buurke, timmerman in Noordbroek. Maar in 1910 gooit hij het roer om en exploiteert als 25-jarige het stationskoffiehuis in Nieuw Scheemda/'t Waar. Hij noemt het etablissement met gevoel voor stijl Quatre Bras; viersprong van wegen.

Niet zonder reden kiest hij die plek uit. De NOLS-spoorlijn tussen Delfzijl en Zuidbroek is dat jaar geopend. Buurke hoopt op reizigers die zich bij hem kunnen verpozen. In zijn herberg bouwt hij eigenhandig een kegelbaan, zodat de beide dorpen zich daar kunnen vermaken.
Het koffiehuis levert kennelijk niet genoeg op, want in 1917 begint hij ernaast een fabriekje voor het inmaken van bonen en kool. Hij doet dat met een compagnon, kruidenier Kars Klok uit Nieuw Scheemda. De per spoor aangevoerde producten worden in houten vaten gezouten en voorts verder getransporteerd naar afnemers in het hele land.

Het fabriekje biedt aan heel wat mensen werk, vooral vrouwen en meisjes. Op een foto uit 1918 kijken 22 werknemers ernstig in de lens van de fotograaf. De herinnering bij ouderen aan het fabriekje is niet al te lovend. Vooral de stank en de vieze, vuile bonen zijn de vrouwen een gruwel. De afzet stagneert al vrij snel en in 1922 sluit het 'Boeskoolfebriekje'.

Hotel Hamdorff

Geert Buurke is dan al uit het zicht verdwenen. Als zijn stationskoffiehuis in 1919 afbrandt, slaat hij wijd de vleugels uit. Hij blijft niet hangen in Groningen maar verkast naar Oud Beijerland en koopt hotel De Oude Hoorn. Het reizigershotel is wat afgeleefd. En dus stroopt Buurke, zoon van een timmerman immers, de mouwen op en legt waterleiding aan en zorgt voor elektrisch licht, een novum in het dorp.

Hij blijft niet lang in de Hoeksche Waard. Amper tien jaar later richt Buurke zijn blik noordwaarts en koopt in 1928 het wat verlopen, maar befaamde hotel Hamdorff in Laren. Eigenaar Jan Hamdorff is een kunstliefhebber pur sang. Bij hem zijn kunstenaars meer dan welkom. Hij biedt ze onderdak en een maaltijd voor 80 cent. Buurke zet die lijn voort. Hij renoveert Hamdorff tot in de puntjes en opent ook de deuren voor de 'bohemiens'.

Zijn ambitie reikt echter verder. In 1935 geeft hij architect Jan Duiker (die van sanatorium Zonnestraal in Hilversum) opdracht Grand Hotel Gooiland te bouwen, annex schouwburg met 800 zitplaatsen, geheel in de bouwstijl van die tijd, de Nieuwe Zakelijkheid, strak en streng. En vlak na de oorlog, in 1949, doet hij er nog een schep bovenop en herbouwt in oude stijl het afgebrande kasteel De Hooge Vuursche als hotel. De timmermanszoon Buurke is in één klap dé hotelkoning van 't Gooi.

<p>Grand Hotel Gooiland in Hilversum. &ndash; Foto: Peter Veenendaal</p>

Grand Hotel Gooiland in Hilversum. – Foto: Peter Veenendaal

Charles Aznavour

De beau monde uit Amsterdam en omstreken bezoekt graag en frequent Gooiland. Ze luncht daar, ze dineert er, ze danst op de muziek van The Ramblers en ze snuift cultuur met hoofdletter C. Want Buurke haalt de groten der aarde naar zijn schouwburg. Cabaretiers als Hermans, Kan en Sonneveld, toneelstukken als Who is afraid of Virginia Woolf?. Gooiland wordt een begrip.

Bij de crematie van Geert Buurke op 18 juni 1955 roemt één van de kunstenaars hem als 'vriend van de kunstenaars' en besluit zijn toespraak: 'Buurke was voor alles zakenman, maar hij had gevoel voor kunstenaars en wist zijn materiële inslag te combineren met het gevoel dat kunst een belangrijke factor in het leven van de mens betekent.'

Na zijn overlijden neemt zoon Johan het heft in handen. Net als zijn vader is hij een beetje francofiel. Zijn reclamefolder is in het Frans gesteld. Vaders koffiehuis heette niet voor niets Quatre Bras. Zoon Johan noemt zich officier maȋtre-rȏtisseur en prijst 't Gooi aan als Les jardins d'Amsterdam.

<p>Brochure - in het Frans - van Grand Hotel Gooiland. - Foto: collectie auteur</p>

Brochure - in het Frans - van Grand Hotel Gooiland. - Foto: collectie auteur

Hij haalt Franse vedettes van het kaliber Josephine Baker naar Laren. Helaas maakt hij niet meer mee dat de dan al beroemde Franse chansonnier Charles Aznavour (38) op 17 mei 1963 tijdens het 40-jarig bestaan van de AVRO zijn eerste concert in Nederland in Gooiland geeft. Johan Buurke overlijdt 6 januari 1963, slechts 55 jaar. Zijn vrouw zet het bedrijf voort en ook de andere zoon van Geert, Jasper, draagt zijn steentje bij.

Prinses Margriet

In de jaren zestig werkt Willem Friedrich, Oudeschansker van geboorte, als manusje-van-alles in Gooiland. Hij ziet leden van het koninklijk huis theedrinken in de chique salons en geregeld wipt Freddy Heineken naar binnen en smoest wat met prins Bernhard. Friedrich herinnert zich naast vele andere één komisch voorval tijdens het verlovingsfeest van mr. Pieter van Vollenhoven en prinses Margriet. 'Tijdens het dansen liet de zool van één van de gasten los. Lichte paniek. Maar mijn chef had een idee. Van water en meel maakte hij een papje dat hij verhitte op de kachel en plakte het goedje tussen de loshangende zool. De gast was als een kind zo blij en danste daarna de sterren van de hemel.'