100 jaar vrouwenkiesrecht

Janneke Hadders is klaar voor de toekomst

Groningen heeft veel sterke en vooruitstrevende vrouwen voortgebracht: van excentrieke kunstenaars tot idealistische politici, en van wereldberoemde sopranen tot grensverleggende wetenschappers. Hoog tijd om de Groningse powervrouwen van nu eens te vragen naar hun inspiratiebron! Het interview met Janneke Hadders - CEO en eigenaar van Dacom- is de derde in een serie van vijf. 

Janneke Hadders is klaar voor de toekomst

Janneke Hadders. Foto: Stella Dekker

Het hightech bedrijf waar Janneke leiding aan geeft, draagt bij aan ‘verhoging van de agrarische productie in combinatie met een efficiënt gebruik van water, mineralen en gewasbeschermingsmiddelen’, zoals Dacom het zelf samenvat op de website. Janneke Hadders licht toe: “Door data, overal ter wereld door de agrariër zelf af te lezen en te interpreteren, te verrijken met handige applicaties, dragen wij bij aan een efficiënte bedrijfsvoering op de boerderij. Boeren die nu niet digitaal aanhaken, zetten zichzelf buitenspel. Een goede ondernemer is altijd op zoek naar data.”

Bladergroentje

Janneke wilde vroeger al zakenvrouw worden, geen twijfel mogelijk. En daar stemde ze haar opleiding op af: ze studeerde Recht en Bedrijfskunde aan de Universiteit van Groningen.

“Mijn vader noemde me vroeger al een ‘Bladergroentje’. En dan niet in de zin dat ik orthopedagogische begeleiding nodig zou hebben, maar in de zin van: toe maar, ontwikkel je maar, ik zie dat het erin zit! Dat begreep ik toen natuurlijk nog niet, maar later werd die benaming wel speciaal voor mij. Na het behalen van mijn bul in 2001, wilde ik in de senaatskamer van de Universiteit op de foto bij het portret van Wilhelmina Bladergroen.”

Aletta Jacobs

Er is nog een vrouw die Janneke wil noemen: Aletta Jacobs. “Zij is natuurlijk superbekend, voorbeeld stellend. Ze heeft alles bereikt door wilskracht, ongeacht tegenstand. In die tijd was het nog niet gewoon dat je ambities had, maar heel misschien was de tijd ook gewoon rijp. Hoeveel Aletta’s zouden het daarvoor al geprobeerd hebben?”

Internationaal

Grondlegger van Dacom is vader Jan Hadders. In de tijd dat de computers in opkomst waren, bedacht hij dat verwerking van data ook een verworvenheid zou kunnen zijn voor de agrarische sector. Letterlijk op zijn eigen erf testte hij de eerste weerstations uit.  “Na mijn studie zei mijn vader: kom eerst maar bij Dacom, dan kun je van daaruit wel solliciteren. Dat heb ik gedaan. Ik heb een poosje bij Microsoft gewerkt, nog wat meer dingen ernaast gedaan, maar altijd ging ik terug. Ik had het gevoel dat ik bij een kleiner bedrijf echt iets kon toevoegen en ben uiteindelijk zo’n vijftien jaar geleden definitief in het bedrijf gestapt.”

In die tijd was Dacom een technisch bedrijf met 10 werknemers.  “Ik ben begonnen met de basisdingen: structureren, Dacom klaarmaken voor de volgende stap. Vanaf 2011 hebben we alles herbouwd naar de cloud en online. Die omslag hebben we op tijd gemaakt; we zijn klaar voor de toekomst!” Voor een bedrijf als Dacom is Nederland eigenlijk te klein. “Mijn vader reisde al over de hele wereld; we werken met partijen samen die in het buitenland gevestigd zijn. Maar ook innovatieve boeren overal ter wereld willen met onze apparatuur werken.”

Er zijn meer spelers op dezelfde markt, maar vaak zijn dat bedrijven die kort vlammen en het uiteindelijk niet redden. “Ze missen de stabiele basis. Wij gaan minder snel, maar zijn wel winstgevend en duurzaam.”

Respect voor elkaar

In het bedrijf van Janneke werken 5 vrouwen op een totaal van 29. “Er mogen hier inderdaad best meer vrouwen werken, maar vind ze maar eens! We hebben één vrouwelijke programmeur, maar… wat ik nog belangrijker vind: ons bedrijf heeft diversiteit! Verschillende nationaliteiten, achtergronden en geloven, waardoor respect voor elkaar belangrijk is, net als bij een werksituatie met mannen en vrouwen. Wij werken bijvoorbeeld met zakenpartners in een land als Saoedi Arabië. De cultuur maakt dat ik het onze partners daar erg lastig maak door er zelf naar toe te gaan; dat is dan iets voor mijn mannelijke collega’s. Respect voor de culturele achtergrond is voor mij dan belangrijker.

Ik heb in het bestuur gezeten van VNO NCW Noord. Dat was een mannenbolwerk in die tijd; allemaal mannen in pakken. Zo zal Aletta zich ook gevoeld hebben! Inmiddels is daar ook veel veranderd in 15 jaar. Bij een gelegenheid is mij wel eens gevraagd of ik de notulen kwam doen. Dan kun je je aangevallen voelen, maar ik vind dat gewoon grappig. Als je dan vervolgens tijdens de bijeenkomst echt iets te vertellen hebt, is het respect er vanzelf. Ik denk dat je erg slechte ervaringen moet hebben om activistisch te worden. Ik heb daar zelf gelukkig nooit last van gehad.”