Macht & Pracht

1215 tot 1594

Eigenzinnige vrouwen in klooster Yesse bij Haren

Hoe het precies begon, is onduidelijk. Was er een vader die een klooster stichtte om zijn dochter, die non wilde worden, een plek in de buurt te bezorgen? Misschien had hij zelf wel een stuk land, mogelijk met een boerderij erop, te vergeven aan het nog te stichten klooster?

Eigenzinnige vrouwen in klooster Yesse bij Haren

Kleinere bodemvondsten die zijn aangetroffen bij archeologisch onderzoek naar het klooster Yesse.

Hoe het zij, in 1215 werd het cisterciënzer klooster Yesse, ook Jesse of Essen gesticht op een strategisch gelegen plek ten zuidoosten van de stad Groningen en ten noorden van Haren. Nog steeds heet de plek Essen. Was dit al zo toen het klooster gesticht werd, of was toch de Bijbelse naam Yesse het eerst? We weten wel zeker dat er al vele eeuwen bewoning was op deze voor een klooster uitgelezen plek. Afgelegen, maar niet té, water in de buurt, in elk geval van de Hunze. Waterverbindingen waren essentieel in een tijd waarin landwegen nog vaak slecht begaanbaar waren. Dicht genoeg bij de stad voor de handel in overtollige goederen. De zusters kwamen veelal uit de stad, uit gegoede families, die de voor intreden vereiste schenkingen konden opbrengen.

Het verging de zusters niet slecht. Het waren ontwikkelde vrouwen, hetgeen mag blijken uit de aanwezigheid van een schooltje in het klooster, waar veelal de dochters uit de gegoede stand les kregen. Caesarius van Heisterbach, de beroemde novicenmeester uit het gelijknamige klooster in de buurt van Bonn, noteerde dit reeds rond 1222 in zijn werk Dialogus Miraculorum, een boek vol opgetekende wijsheden ter lering van de novicen in zijn klooster. Eén anekdote verhaalt van een schoolmeisje te Yesse, twee andere verhalen beschrijven wonderen die te Yesse plaatsgevonden zouden hebben. Het is een van de weinige authentieke bronnen uit de kloostertijd zelf, begin 13e eeuw; het boek is bewaard gebleven.

Zelfstandig

De priorin die rond 1249 betrokken was bij de aanvaarding van de paterniteit door het klooster Aduard, zou bij deze gelegenheid hebben afgedwongen dat Yesse als tegenprestatie voor instemming hiermee de status van abdij moest krijgen. Dit voorrecht dacht men te mogen ontlenen aan de wonderen die in het klooster plaatsgevonden zouden hebben en het daardoor een zekere heiligheid verleenden. Yesse was, als een van de weinige vrouwenkloosters, een zelfstandig vrouwenklooster en had daardoor een eigen beslissingsbevoegdheid. Slechts tussen 1212 en 1222 stond het Generaal Kapittel van Citeaux toe dat er zelfstandige vrouwenkloosters werden gesticht. Vrouwenkloosters die voor 1212 of na 1222 waren gesticht, mochten alleen in combinatie met een mannenklooster bestaan. De abt hiervan was de algeheel leider van de beide kloosters, de moeder-overste van het vrouwenklooster mocht zich slechts priorin noemen.

Rond 1400 was in Yesse, net als in vele andere kloosters, de naleving van de Regel van Benedictus aan het afnemen. De beweging van Geert Groote, de Moderne Devotie, had in 1406 een nieuw klooster gesticht in Sibculo, bij Hardenberg. De krachtige abt Boyng van Menterne (bij Termunten) werd door het Generaal Kapittel gevraagd om de verschillende verdwaalde kloosters weer tot de orde te roepen. Voor Yesse betekende dit aansluiting bij het Sibculose klooster Galilea Major, dat zich intussen ook bij de cisterciënzer orde had aangesloten. Met nieuw elan en op bepaalde punten afwijkende leefregels groeide de kring kloosters rond Sibculo uit tot een colligatie van ruim twintig kloosters. Citeaux keurde dit goed, maar Aduard was minder gelukkig met deze vernieuwingen.

Plunderingen

Vanaf 1501 werd met grote regelmaat gevochten om de rijke Hanzestad Groningen. De huursoldaten die voor de aanvoerders vochten, werden vaak ondergebracht in kloosters, waar veiligheid, ruimte, eten en mogelijk rijkdommen te vinden waren. Ook Yesse heeft verschillende malen te lijden gehad onder plunderende soldaten. Toen het de zusters te veel werd, kochten zij het huis op de hoek van de huidige Herestraat en de Bruine Ruitersteeg aan van de familie Sickinghe. Zestien laatste bewoners van Yesse vertrokken in 1589 naar dit refugium, waar zij tot 1601 zouden blijven, toen het huis werd verkocht door ‘Stad en Lande’.

In 1594 maakte de Reformatie, in Groningen de Reductie genoemd, een einde aan alle kloosters. Slechts het gereformeerde geloof mocht in het openbaar beleden worden, de zusters restte een bestaan in afzondering en stilte waar het hun geloof betrof.

In Essen bleven slechts gebouwen over, die na de inname van de stad Groningen door prins Maurits langzamerhand werden afgebroken voor hergebruik van de stenen. Overigens wordt in 1642 nog melding gemaakt van het feit dat in Essen een ‘geheime mis’ werd opgedragen.

Bedevaart

In hoeverre Yesse / Essen ooit een bedevaartsoord is geweest, is onbekend. Denkbaar is het zeker, maar helemaal zeker is het dat de kapel van de lekenbroeders van Yesse in Kropswolde tot halverwege de 17e eeuw wel is bezocht door pelgrims vanwege een Mariawonder dat daar had plaatsgevonden. Alle kloostergoederen vervielen aan de Staten-Generaal en kort daarna aan Stad en Lande. Het refugium van Yesse werd door Stad en Lande in 1601 verkocht, waarna de zusters van Yesse elders werden gehuisvest.

Klooster Yesse en de landerijen er omheen op de kaart van H. Teysinga uit 1732.
Klooster Yesse en de landerijen er omheen op de kaart van H. Teysinga uit 1732.

Sporen

Tegenwoordig is Essen een klein gehucht tussen Haren en Groningen, waar verrassend veel overeenkomsten zijn te vinden met een kaart van H. Teysinga uit 1732. Zowel straten als waterlopen, inclusief de kloostergracht zijn op het kloosterterrein en in de naaste omgeving op het corpusland terug te vinden. Corpusland is het land dat rondom het klooster is gelegen en dat bestemd is voor eigen gebruik. Aannemelijk is dat de situatie uit de tijd van Teysinga overeenkomt met die uit de kloostertijd.

Een bescheiden bezoekerscentrum zet zich in om de geschiedenis van het klooster Yesse levend te houden, de kennis uit te breiden en uit te dragen. Zie hiervoor www.kloosteryesse.nl

Collectie Groningen: kloostermoppen