100 jaar vrouwenkiesrecht , Pioniersgeest

1919 tot 1977

Winie Evers-Dijkhuizen en de Nederlandse Bond voor Plattelandsvrouwen

'Het eigene van de vrouw'

Begin twintigste eeuw begonnen meer vrouwen zich buitenshuis te manifesteren. Ze wilden dat het eigene van de vrouw gehoord zou worden. De eerste grote vrouwenorganisatie, de Nederlandse vereniging voor huisvrouwen, werd in 1912 opgericht. In 1919 werd na lange strijd het vrouwenkiesrecht ingevoerd. Toch bleek het nodig om een aparte club voor boerinnen op te richten.

Winie Evers-Dijkhuizen en de Nederlandse Bond voor Plattelandsvrouwen

Enkele dames die betrokken waren bij de oprichting van de Nederlandse Bond voor Plattelandsvrouwen op een reisje naar Borkum, 1929. Tweede van links is Winie Evers-Dijkhuizen, haar dochter Tjaak zit op het zeehondje. – Foto: collectie Jan Dik.

Op 14 oktober 1930 richtten 120 vrouwen de Nederlandse bond voor Plattelandsvrouwen (NBvP) op. Ze wilden de leefomstandigheden op het platteland verbeteren. Bij de 120 vrouwen was Winie Evers-Dijkhuizen, een 26 jarige boerin uit Spijk. Zij zou zich haar hele leven inzetten voor de NBvP, die een van de grootste vrouwenbonden van Nederland zou worden. Winie zei over de boerin: 'Haar gezin behoeft er niet onder te lijden, als zij wat van haar tijd besteedt voor zelfontwikkeling en voor haar organisatie.'

Op weg naar Den Haag

Hoeveel tijd, dat herinnert dochter Tjaak Sebens zich: '’s Morgens vroeg hoorde ik al – ik sliep naast de eetkamer – dat ze de kachel aanmaakte en een kom melk verwarmde.' Om half zes vertrok Winie op de fiets vanaf boerderij Landlust. De buschauffeur wist; even wachten want mevrouw Evers moet nog komen. Dan ging ze op weg naar Den Haag voor de vergaderingen van het landelijk bestuur van de bond. De reistijd was vijf uur heen en vijf uur terug.

Informatieavonden

Samen met medeoprichtster Alida Catharina Wiersma-Risselada organiseerde ze een informatieavond in Spijk in november 1932, waar tientallen vrouwen verzameld waren. Daar legde Winie uit dat er voor het oprichten van de plaatselijke afdeling een bestuur moest komen en statuten moesten worden opgesteld. Onder de dames ontstond onrust. Ze hadden geen ervaring met vergaderen! Maar de bond leerde vrouwen bestuurlijke taken uit te voeren. Zo zat Winie later in het bestuur van een landbouwhuishoudschool. Maandelijks waren er bijeenkomsten, meestal bij volle maan, want straatverlichting was er weinig in Spijk. Tot 1941 was Winie de presidente van de afdeling.

De internationale bond

Tjaak Sebens: 'Ze rolde van het ene in het andere.' Voor het landelijk bestuur mocht ze naar het vierde internationale congres van de ACWW, de internationale bond van plattelandsvrouwen in Londen in 1938. De ACWW had onder andere leden in Noord-Europa, Canada, Australië en India. Het was de grootste algemene internationale vrouwenvereniging. Ook werkte ze mee aan het bekende boekje Kruuskes van mine Letterdoek. Daarin stonden nagetekende afbeeldingen van Groninger letterdoeken.

Auto met chauffeur

In de oorlog probeerden de Duitsers alle boerenorganisaties gelijk te schakelen. In september 1941 werd het bestuur van de bond bevolen een NSB'er als lid te accepteren. Het bestuur weigerde en de bestuursleden, ook Winie, besloten af te treden. Winie legde op de vergadering van de afdeling Spijk haar houding uit. Ook daar zegden alle aanwezigen hun lidmaatschap op. De bond ging ondergronds. Af en toe kwamen er dames op de thee op boerderij Landlust, om te spreken over de toekomst.

Dat het verzet van de bond werd gewaardeerd, bleek in juni 1945, toen Winie een auto met chauffeur van het militair gezag kreeg. Bijzonder, want Nederland kwam berooid en leeggeroofd uit de oorlog. Ze reed met haar collega juffrouw Boekel door het land om verschillende afdelingen te bezoeken en de organisatie opnieuw op te starten.

De wederopbouw

Al in het najaar van 1945 initieerde de NBvP een project om de eisen van plattelandsvrouwen aan de wederopbouw van boerderijen te verzamelen. Vele boerderijen waren verwoest en moesten opnieuw opgebouwd worden. Het zouden de leraressen op de landbouwhuishoudscholen worden, die de wensen van boerinnen inventariseerden. Die werden daadwerkelijk verwezenlijkt bij de wederopbouw van de boerderijen.

Op de boot naar Canada

In 1947, op het wereldcongres van de ACWW in Amsterdam, werd voor het eerst gesproken over voorlichting voor emigranten. Na de oorlog heerste er armoede in Nederland en veel mensen trokken naar Amerika, Australië en Canada, vaak onvoorbereid. Winie reisde mee op een emigrantenboot naar Canada. Ze gaf lezingen aan vrouwen die gingen emigreren. Ze bereidde de vrouwen voor op een zware opgave, die ze met veel energie en goede wil moesten oppakken.

Het Nationaal Vrouwen Comité

Vanaf 1945 nam Winie plaats in het Nationaal Vrouwen Comité (NVC). Hierin waren 15 vrouwenorganisaties verzameld. Er werd veel van mening verschild, maar over één ding was men het eens: de vrouwenstem diende gehoord te worden. Men oefende druk uit op de regering om vrouwen in te zetten in commissies en adviesorganen, en met succes. Winie zat de emigratiecommissie voor van de NVC. Ze zorgden voor een vertegenwoordigster bij de Raad voor de Emigratie.

Feminisme

Het feminisme van de jaren zestig schrikte haar moeder niet af, zo zegt Tjaak Sebens. De bond stimuleerde vrouwen modern te zijn. In de jaren zeventig ging de aandacht naar de ontplooiing van de vrouw. De doelstelling werd nu het besef van maatschappelijke verantwoordelijkheid te bevorderen. Binnenkort bestaat de bond, nu Vrouwen van Nu geheten, negentig jaar. De laatste tijd worden steeds meer afdelingen opgeheven, maar de bond heeft een rijk verleden.

In Spijk

Winie nam veel initiatieven in Spijk. Zoals sociale woningbouw, de openbare bibliotheek, de warme maaltijdvoorziening, de speeltuin, stichting dorpsbelangen, de bejaardensoos en de gastendag, georganiseerd voor oud-Spiekers. Ze werd in 1975 benoemd tot ereburgeres van Spijk. Voor haar bondswerk ontving ze een lintje. In 1977 overleed ze aan een onbekende ziekte. In een interview met de Winschoter Courant in 1970 zei ze: 'Er is nog bijzonder veel werk te verrichten, maar ik vind iedere dag weer erg leuk een bijdrage, al is die misschien niet groot, te kunnen leveren.' Zo heeft Winie zich haar leven lang voor anderen ingezet.