Grensland
1940 tot 1945
Een Pools feestmaal met oranje strikjes
Jaap Spanninga werd 18 jaar op de dag dat zijn geboorteplaats Ter Apel bevrijd werd. Hij herinnert zich de consternatie in de dagen voor de bevrijding nog goed, maar de feesten en de uitgelaten stemming van de dagen na de bevrijding staan voorgoed in zijn geheugen gegrift. "Het waren heel aparte dagen, om nooit te vergeten."

Poolse jonge vrouwen in Kamp Oberlangen, vlak na de bevrijding. - Foto via Wikimedia Commons
“Op 8 april kregen we van de Duitse politie te horen dat heel Ter Apel ontruimd moest worden,” herinnert Jaap Spanninga (1927) zich. “We hebben de hele nacht in het bos gelegen, maar gingen de volgende ochtend maar weer naar huis. Was de Ortskommandant weer eens dronken geweest en had hij zomaar wat bevolen?”
Op 10 april hoort Jaap kanongebulder uit de omgeving van Emmen en op 11 april, zijn achttiende verjaardag, komt er 's ochtends een Duitse soldaat op hen afgestapt. “'Geef me een schop, want ik wil hier een kuil graven en daar ga ik in zitten met een Panzerfaust,' zei die man. 'Jullie moeten allemaal weg hier, want hier wordt gevochten!' Ik heb de Duitser niet meer teruggezien, maar de schep ook niet. Wij lagen weer in het bos en we zagen de Duitsers tussen de bomen door vluchten. Wij riepen steeds maar: 'Nicht schiessen, wir sind nur Frauen und Kinder!'” Voor Jaap is de bevrijding een geur: “De tanks van de Polen losten drie schoten, maar daarna gingen we erop af. En daar rook ik echte sigaretten; Players. Ik zal die geur nooit vergeten!”
“Mijn vader hing de vlag uit, maar de Polen reden weer terug naar Emmer-Compascuum, waar ze bivakkeerden. En toen stonden de Duitsers ineens weer in de straat. Gelukkig kwamen de Polen tegen de avond weer terug met drie grote tanks. De volgende dag kwam er geen einde aan: honderden tanks, jeeps, pantservoertuigen en ander materieel reed voorbij.”
Kamp Oberlangen
Op 12 april horen de Poolse bevrijders van de inwoners van Ter Apel dat er niet ver over de grens een gevangenkamp is waar Poolse vrouwen vast zitten. Deze zijn in 1944 gearresteerd tijdens de Opstand van Warschau. “Drie tanks en een paar vrachtwagens scheurden direct naar Duitsland,” herinnert Spanninga zich. “Ze reden dwars door de omheining heen. De meisjes juichten, en helemaal toen ze ontdekten dat ze door hun landgenoten bevrijd werden.”
Vijfentwintig soldaten van de Eerste Poolse Pantserdivisie bevrijden in totaal 1728 Poolse vrouwen uit Oberlangen. “De Polen kwamen terug met de kampbewakers bovenop de tanks. Erachter liepen al die meisjes in een lange optocht.”
Oranje strikjes
“De dag erna kwamen twee Poolse officieren bij ons thuis. 'Kunnen wij hier vanavond eten met vier Poolse meisjes?' Mijn moeder vroeg hen wat ze dan wilden eten. 'Soep,' was het antwoord. 'Maar we hebben niets; geen vermicelli, geen gehaktballetjes, geen groenten,' vertelde mijn moeder. De officieren lieten vervolgens allerlei blikken bezorgen waar mijn moeder een soep mee kon koken. 'Nu nog even naar Duitsland om twee kippetjes op te halen,' zei een van de officieren. En inderdaad, later kwam hij terug met twee kippen die hij de nek had omgedraaid. Mijn moeder heeft een heerlijke soep gemaakt en de tafel netjes gedekt. Ze had zelfs oranje strikjes aan het tafelkleed bevestigd. Om vijf uur stonden de officieren en de meisjes op de stoep. Ze hadden zelf brood bij zich en hebben daar samen met de soep van gegeten. En daarna was alles wat over bleef voor ons: een heerlijke pan soep, blikken boter, jam en andere lekkernijen!”
Feest
De Polen bleven enkele dagen in Ter Apel, herinnert Spanninga zich. “Er waren elke dag feesten en de Polen kwamen met van alles aanzetten. In het bos zag ik eens een varken, opgehangen aan de achterpoten, dat geslacht werd. Een van de soldaten was thuis slager. De andere dag kwam er een vrachtwagen vol kleding en kostuums aan, die ze in Duitsland hadden gevonden of veroverd. Iedereen in Ter Apel mocht nieuwe kleren komen uitzoeken. En weer een andere dag kwamen ze aanzetten me een kar vol radio's. Het waren heel aparte dagen, om nooit te vergeten.”
Bovenstaande verhaal is opgetekend tijdens het Verhalencafé 'Herinneringen aan de bevrijding' in Stadskanaal op 28 oktober 2015, dat werd georganiseerd naar aanleiding van de reizende tentoonstelling Routes of Liberation in de bibliotheek van Stadskanaal.